Een gezamenlijke eenheid van Afghanen en de ISAF heeft op 22 september Ahmad Shah gearresteerd in de zuidelijke provincie Uruzgan. Shah wordt verdacht van betrokkenheid bij aanvallen op veiligheidsdiensten.
De ISAF noemt hem in een verklaring die maandag werd uitgegeven “een hoge Taliban-leider”.
“Voordat hij werd gearresteerd hield hij zich bezig met de planning en uitvoering van aanvallen tegen het Afghaanse leger en ISAF-militairen,” aldus een woordvoerder van de troepenmacht.
De ISAF vertelt verder dat hij “het bevel voerde over ongeveer 50 strijders die opereerden in door burgers bewoonde gebieden van het platteland in Uruzgan”.
Volgens ISAF-woordvoerder brigadegeneraal Richard Blanchette “zal de aanhouding van Ahmad Shah het uitvoeren van acties door Taliban-extremisten aanzienlijk verstoren in Uruzgan”.
De ISAF benadrukte dat er tijdens de actie om Shah te arresteren geen burgers of soldaten van de ISAF of het Afghaanse leger gewond raakten.
Tijdens dit soort oppakacties vallen er regelmatig slachtoffers onder de burgerbevolking.
De ISAF zei verder de actie te hebben geleid, met assistentie van het Afghaanse leger, op verzoek van de Afghaanse regering, en zei zich “trots te voelen om Afghanistan tot een veiligere plaats te maken voor de Afghaanse bevolking”.
De bekendmaking van de arrestatie van Achmad Shah volgt na nogal wat commotie in Nederland naar aanleiding van de publicatie van een brandbrief van officieren over gebrekkig materieel.
Ondanks de opwekkende woorden van de ISAF dat ze bezig zijn Afghanistan veiliger te maken, is de realiteit dat Afghanistan nog niet zo onveilig is geweest als nu sinds het bewind van de Taliban eind 2001 van de macht werden gezet.
Het is dan ook opnieuw de vraag hoe men de verklaringen van de ISAF op hun waarde kan inschatten. Ook in de provincie Uruzgan is de veiligheidssituatie het afgelopen jaar dramatisch verslechterd.